donderdag 17 november 2011

Voluit leven

Voluit leven
maar de dag dwingt
het moment verdringt

Genadeloos zweven
tussen hopen, vrezen
smeken en beven

Onvoorwaardelijk geven
je kunt het niet;
dan toch weer even

Respect?
je doet maar wat
je lacht je snikt je ademt eet

Vecht:
je moet toch wat
je wordt geaaid gewerkt vergeeft

Bedenk
je hoe het was
je wilt je hart je liefde leven

En dan
juist als je hebt opgegeven
een glimlach uit de hemel
een zwaai vanuit de auto zo even

Een warme blik
houwt duizend harde kiltes stuk
brengt kracht geloof begrip

en laat weer even
voluit leven

woensdag 5 oktober 2011

De stilte

In het donker hoor je het rode achterlicht zoemen:
Hoge zwiebertoon, rood puntje, pieperdepluisjes erom.
Het rekje schokt schots en scheef onder je magere billen,
Prikt er bijna in, frisse lucht danst in je neus,

slipt onder de ruime mouwen van je jasje
over je schouders. Een donkere gestalte voor je,
hoog op het zadel.
Sla je armpjes erom heen, dan val je er niet af.

Laat je been niet in de spaken komen,
O nee, houd hem goed opzij;
Mama zei het nog...

Hoge schaduwen, bomen, bungalows, grijze straatstenen
schieten voorbij. Je neusje raakt bijna zijn rug, die ruikt naar mest en zweet.
Nog even, nog even volhouden.
Wat duurt het lang, wat duurt het lang!

Durf je niks te zeggen?
Hij is al twaalf en groot...
Houd je maar goed vast
En laat de stilte schreeuwen,
Dan laat hij je vanavond misschien met rust.

Laat je been niet in de spaken komen,
O nee, houd hem goed opzij;
Mama zei het nog...

----------------------
Beluister het liedje zelf:

vrijdag 30 september 2011

Tussen dag en nacht

Hij valt in, de schemer. De dag ontspant zich. Het laatste zonlicht dooft bedachtzaam uit: geduldig, gelaten. Het is goed zo.
En juist op dat moment lijkt het of het licht plots intenser wordt en er een fris briesje aanwaait dat de dingen op een bepaalde manier meer zuiverheid en bekoring geeft.
Wolken trekken gezamelijk naar dat ene punt aan de horizon waar de gouden glans de wereld verlaat. Geluiden weerkaatsen helder, doorkruisen elkaar. En ook de geur van de avond die valt doet denken aan een exotische dans, een zwoele tango van dag en nacht.
Dan plotsklaps houdt de wereld haar adem in. Is de dag nu echt voorbij, onherroepelijk? De natuur verstilt en gaat te ruste. Maar het donker van deze nacht is niet duister, integendeel. Het maakt de gespannen focus minder scherp. Zacht streelt de wind je huid en bezorgt je op een aangename manier kippevel. Geleidelijk aan wennen ook je ogen aan het duister en zie je nieuwe vormen en schakeringen. De sterrenhemel overkoepelt de aarde en is van onbevattelijke schoonheid. Ze straalt vertrouwen uit, van een soort dat niet beschaamt. Een prachtige nacht is aangebroken.

donderdag 22 september 2011

Zomer

Oude foto's van een halve eeuw geleden
Het boerenleven van toen
Vervaagde kleuren laten mijn oma zien
Nog jong
Gebogen staand over de melkbus buiten
Ze draagt een vormeloze blauw katoenen jurk
Haar witte haar in een strak knotje gebonden
Het lijkt of ik haar gisteren nog zag
Hard aan het werk

En plots ruik ik
De geur van zacht witbrood
En overgekookte melk in een blikken pannetje
Bijna aangebrand op het witte gasfornuis
Ik zie mezelf op m'n knieen op het rieten zitvlak van de houten stoel
Ellebogen op de ronde tafel
het stijve witte tafelkleed veegt over m'n benen
We eten omatensoep met balletjes

Ik voel hoe ik op een warme zondagmiddag achterover val in het diepe hooi
Het kriebelt prettig
In m'n buik voel ik opwinding

Die geur van de zomer op de boerderij

De grote oude kastanjeboom
Stiekem klimmen we erin
Ik ben de grootste
En dans op het golfplaten dak 
van de grote schuur

Ik besef dat deze tijd voorbij is
Verworden is tot prent
In mijn geheugen
Een mooie herinnering
Aan onbezorgde geuren beelden gevoelens 
van de zomer daarbuiten

woensdag 21 september 2011

Vaart

Langs het ruime
groen

met
vaart vooruit vlug
voort

De
verte
heiïg

trillend
van
hitte



Ogen
gefocust

hijgend
hoge
hartslag

Daarheen
zonder
aarzelen

in
de tunnel van
beweging



De
lucht
geladen

met
warmte en
vocht

voelt
koel stroomt
snel

langs
benen armen
wangen



Gedachten
verdwijnen

moeite
lost op in de
wind

het
hart laat een ding
achter

Een
gekoesterde liefde voor het leven

Creatio

Voel het komen als een rukwind
een enorme vlaag van inspiratie
Niet te weerstaan, je moet
het dwingt je om iets te doen

Schrijf, spreek, teken, doe of maak muziek
Smeed gedachten tot een nieuwe gestalte
en bewaar ze voor de toekomst
Vrij ontstaan bestaan ze nu in vaste vorm

We hebben allen onze momenten
waarop we iets zouden kunnen doen
Hoe zou het zijn als we ze grepen
en betekenis aan die beelden gaven?

Ik vraag me af waar
al die ongebruikte inspiratie
door angst of gewoonten genegeerd
naartoe gaat

Zou het de hemel instijgen
terug naar het begin van alles
om geleefde levens te kunnen troosten
en te wachten op een nieuwe kans

Die mogelijkheid om iemand te verlichten
een man, een vrouw met pijn in het hart
een prachtig idee te geven
om iets te doen
om anderen te helpen vreugde schenken

Laat die ingeving niet meer liggen
Grijp dat moment en ga ervoor
Beteken iets voor anderen en wees niet bang
en weet dat dat het verschil maakt

dinsdag 20 september 2011

Het verhaal daarbuiten

In een fractie van een seconde zie ik de flauwe weerkaatsingen van het  
licht terug in de beweging van strak gespannen visdraadjes,
daarbuiten deze grijze ochtend
Het zijn er duizenden, niet te onderscheiden
Wie houdt ze in handen
Fijne en grote druppels, water uit de hemel
Vol vaart passeren ze het keukenraam en duiken ze de grond in
De regen valt gestaag
In stralen
Rustig, zonder haast
raken de wolken leeg
Ik zit en luister
naar het geruis van de vallende tranen
De welkome verkoeling
In de verte licht gerommel
Onrust is onderweg
In mijn lijf, mijn hart, diep binnen in me
kan ik het voelen,
dat onweer op de loer ligt
Meesjes tsjirpen
Waar zijn ze gebleven die hartediefjes
Zonet vlogen ze nog vrolijk rond de berk
Ik zag hun donkere lijfjes dansen
Nu overstemt de regen hun gekwetter
Alleen een lijster snatert kort
Paniekerig
Het wolkendek is witgrijs dik en ondoorgrondelijk,
onverbiddelijk bijna
Een flits
De donder dichterbij
Wind wakkert het geruis aan
en de berk doet mee
Zijn blaadjes zingen een fluisterlied
Ik ben gedwongen te blijven luisteren
naar het verhaal dat daarbuiten wordt verteld
Het fascineert en lijkt te zeggen:
Ga liggen, kijk goed en wacht nergens op
Er is geen einde,
slechts een uitnodiging voor wat komen gaat